Op de Zandmotor bij Kijkduin is onlangs een bijzondere vondst gedaan. Dean Peeters zag een grote dierlijke kaak liggen, dat na onderzoek door Naturalis een deel van de linker onderkaak van een wolharige neushoorn blijkt te zijn. Het onderzoeksinstituut en natuurhistorisch museum in Leiden spreekt van "een pronkstuk uit de ijstijd".

De wolharige neushoorn was een kolos, met een schouderhoogte van ongeveer anderhalve meter. Het beest kon ruim drie meter lang worden. De neushoorn graasde hier zo’n 40.000 tot 250.000 jaar geleden voor het laatst. Zij aan zij met de mammoet en de sabeltandtijger. Hij leefde in de ijzige kou op de Nederlandse mammoetsteppe, een vlakte op de plek waar nu de Noordzee is.

Een volwassen dier at dagelijks 70 kilo gras met een maaltje kruidachtige planten als tussendoortje. "Je kunt hem met recht de grasmaaier van de mammoetsteppe noemen", zegt expert Hansjorg Ahrens. "Heel gaaf is dat de serie maalkiezen compleet is op de voorste kies na. De kiezen zijn aardig afgesleten, dus het dier heeft een mooie leeftijd bereikt."

Op de Zandmotor worden vaker fossiele botresten van allerlei ijstijddieren gevonden, maar volgens Hansjorg Ahrens scoort de aangelegde zandbank opvallend goed als het gaat om vondsten van de wolharige neushoorn. “Er zijn veel goed bewaard gebleven kiezen en kaakfragmenten bekend. De vondst van Dean is een supermooi voorbeeld."

Goed nieuws

Voor de aanleg van de Zandmotor in 2011 werd een enorme hoeveelheid zand gebruikt. Dat is door sleephoppers opgezogen van de Noordzeebodem en daarna op het strand gespoten. Het zand is rijk aan fossiele botten en schelpen. Onder invloed van golven, wind en de stroming blijft de Zandmotor in beweging. Dat is goed nieuws voor fossielenjagers, want daardoor blijven er fossielen uit het zand tevoorschijn komen.